, [], Whether the precepts of the decalogue are suitably set forth?
Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [54]Indien gij uw voet van den sabbat afkeert, [van] te doen uw lust op Mijn heiligen dag; en [55][indien] gij den sabbat noemt een verlustiging, [56]opdat de HEERE geheiligd worde, Die te eren is; en [indien] gij dien eert, dat gij [57]uw wegen niet doet, [en] [58]uw eigen lust niet vindt, [59]noch een woord [daarvan] spreekt; 54. Dat is, indien gij uwen voet op den sabbat afhoudt, dat gij niet doet wat u behaagt. Of, om des sabbats wil. 55. Dat is, zo gij een lust hebt dien naar Gods wil en wet te vieren. 56. Anders, den geheiligden [dag] des Heeren, den verheerlijkten. 57. Dat is, uw gewoonlijke werken niet doende. 58. Zie vs.3. 59. Anders, nog iets spreekt, te weten dat onbillijk of onbetamelijk is, gelijk vs.9.